Let op: Vanwege de kerstvakantie is het Adviespunt gesloten vanaf 20 december 16.00. Maandag 6 januari 2025 zijn wij weer bereikbaar. In geval van een calamiteit zijn de adviseurs van het calamiteitenteam 24/7 bereikbaar.
Primair Onderwijs
Voortgezet Onderwijs
MBO
Creëer een sociaal veilige sfeer op school
Excuses voor niet gemaakt huiswerk. Nét een vervelend grapje over de buurman. Spullen van elkaar afpakken… ‘Klein gedoe’ dat de les ophoudt. In de theorie van Deep Democracy heet dit ‘sabotage’. Dit gedrag ondermijnt de prettige sfeer in de klas. Als dit gedrag niet bespreekbaar wordt gemaakt, kan het snel leiden tot meer gedoe. In dit artikel lees je om wat voor gedrag dit gaat en wat je hiertegen kunt doen als leraar om erger te voorkomen.
Een veilige sfeer in de klas zorgt voor gevoelens van vertrouwen en rust. Het zorgt voor een situatie waarin groeien en leren mogelijk zijn. Als leraar kun je bijdragen door het volgen van de groepsdynamiek en ingrijpen bij ‘klein gedoe’. In de groep kun je namelijk allerlei gedrag waarnemen dat leerlingen laten zien als ze zich om wat voor reden dan ook niet veilig, gehoord en gezien voelen.
Veel issues of frustraties worden niet direct gecommuniceerd, maar komen via een omweg naar buiten. Dit is zichtbaar in bepaald gedrag. Dit ‘sabotagegedrag’ is een uiting van dieper gelegen issues die in een groep spelen. Het gedrag start vaak bedekt en wordt steeds zichtbaarder en openlijker. Als je er zicht op krijgt, kan je tijdig ingrijpen en ondermijnende dynamieken in de groep oplossen.
Wil je weten of de sfeer onveilig is in de klas of dat leerlingen zich niet veilig, gezien of gehoord voelen? Let dan eens op sabotagegedrag.
Als er sabotagegedrag is, houden leerlingen zich meer bezig met overleven dan dat ze zich concentreren op de lesstof, laat staan dat er leerplezier is. Belangrijk om aan te pakken dus! Een belangrijk kenmerk van sabotagegedrag is dat leerlingen zich niet bewust zo gedragen. Er zit ook geen oordeel aan de verschillende vormen van sabotagegedrag, maar het vraagt wel begrenzing van de leraar, om daarna wel aandacht te schenken aan de frustratie of behoefte die erachter ligt.
In de praktische methode Deep Democracy ga je actief op zoek naar afwijkende meningen. Deze herken, erken, onderzoek en waardeer je. Je neemt ze mee in besluitvorming, waardoor deze inclusiever wordt. (Lees hier meer over Deep Democracy.) Eén van de essentiële onderdelen binnen de methode is de zogeheten sabotagelijn. Dit is een behulpzame tool om de groepsdynamiek te volgen.
De sabotagelijn is in eerste instantie een instrument om te kijken of er een onveilige sfeer is in de klas. Als je naar het gedrag in de groep hebt gekeken kun je onderzoeken wat er onder het sabotagegedrag aan frustraties, problemen of pijn zit. Sabotage is altijd in zekere mate aanwezig omdat we mensen zijn. Dat is normaal. Waar je als leraar wel op kunt letten is dat je al in een vroeg stadium het gedrag dat kan leiden tot opzettelijk tegenwerken, vertragen, oorlog en vertrek, al eerder aanpakt en bespreekbaar maakt.
Grapjes en sarcastische grapjes De eerste stap op de lijn zijn grapjes. Grapjes zijn vaak onschuldig, maar als het grapje een randje krijgt, valt het onder saboterend gedrag. Denk aan het ‘geintje met een seintje’. Een dergelijk sarcastisch grapje wordt vaak gebruikt om een boodschap te verpakken. Worden er veel grapjes gemaakt met een onderliggende boodschap? Dan is het behulpzaam dit bespreekbaar te maken. Ervaring leert dat door de groep bewust te maken van dit gedrag, het een goede eerste stap is naar een veiliger klimaat.
Excuses en smoesjes Excuses zijn er in vele vormen. Waarom het huiswerk niet kon worden gemaakt, tot redenen om te laat te komen. In excuses zit altijd een kern van waarheid. Maar als er een patroon van excuses ontstaat binnen een klas of bij een leerling, is het goed om te kijken of er een dieper gelegen probleem is. Dit is mogelijk door open en zonder oordeel het gesprek hierover aan te gaan in de groep of met de leerling.
Roddel Roddelen komt overal voor. Ook in de klas kan roddelen vervelende vormen aannemen. Soms leidt het tot uitsluiting, polarisatie en pesten. Beschouw de informatie die je ter ore komt door klachten van leerlingen, maar ook de flarden die je opvangt op het schoolplein van groepjes die staan te praten, niet als onbelangrijk.
Slechte/gestopte communicatie Roddelen lang laten doorgaan zonder er iets mee te doen leidt tot slechte communicatie of het niet meer communiceren. Er ontstaan vaak subgroepjes die over elkaar roddelen. De subgroepen maken niet alleen verhalen over elkaar, maar ‘roodharigen’, ‘beugelbekkies’ of andere groepen worden gestereotypeerd. Het nieuws kan erbij betrokken worden en uitspraken als ‘alle moslims moeten weg uit Nederland’ vliegen door de klas. Dit is vaak een gevolg van gestopte communicatie. Leerlingen vormen niet meer hun eigen mening over de ander in een klas, maar stereotyperen. Het contact en de dialoog is ver te zoeken.
Opzettelijk tegenwerken en vertragen Misschien heb je het wel eens gehad in de les: leerlingen die heel traag hun boek open slaan in de les. Of leerlingen die de hele tijd vragen stellen over een toets. Het zijn allemaal manieren om niet aan de les of de toets te hoeven beginnen. Maar ook kunnen leerlingen elkaar opzettelijk tegenwerken, door elkaars spullen zogenaamd voor de grap kwijt te maken. Vanaf deze stap wordt het sabotagegedrag vaak openlijk.
Staken Staken is openlijker en zichtbaarder. Een opdracht niet doen, een stripboekje gaan lezen of vaak ziek melden zijn vormen van staken. Ingrijpen wordt dan moeilijker, omdat het contact vermeden wordt.
Oorlog/vertrek Bij oorlog en vertrek is het sabotagegedrag behoorlijk geëscaleerd. Als je dit gedrag waarneemt is er al langere tijd sabotagegedrag aan de hand. Bij oorlog kun je denken aan cyberpesten, maar ook aan banden lek steken, vernielingen aan het gebouw en letterlijke vechtpartijen. In het uiterste geval zie je dat leerlingen vertrekken naar een andere school.
Als je sabotagegedrag waarneemt, kun je onderzoeken wat er onder het sabotagegedrag aan frustraties, problemen of pijn zit. Kun je als leraar al sabotagegedrag in een vroeg stadium herkennen, dan kun je het aanpakken en bespreekbaar maken.
Bagatelliseer of negeer sabotagegedrag nooit, want als je er niets mee doet schuif je op in de lijn en wordt het onveiliger. Het wordt bovendien lastiger om het aan te kaarten en bespreekbaar te maken omdat mensen in oorlog moeilijker met elkaar praten dan mensen die kleine frustraties verpakken in grapjes. Het advies luidt om zo snel mogelijk in te grijpen als je sabotagegedrag ziet. Hoe verder je opschuift op de lijn, hoe meer je uit de kast moet halen om het gesprek op gang te brengen en het tij te keren.
Benoemen en bespreken Nadat je je bewust bent geworden van het sabotagegedrag is een eerste stap om dit gedrag in het bewuste van de klas te brengen. Dat doe je door zonder oordeel te benoemen wat je waarneemt. Hierdoor kun je het gedrag bespreekbaar maken. Dit kost wel tijd maar het levert je later tijd op. Je lessen zullen fijner verlopen – namelijk met minder verstoringen – als je de problemen hebt aangepakt.
Met een open houding, door te luisteren zonder oordeel en open vragen te stellen maak je op een veilige manier de dynamiek en omgang bespreekbaar in de klas. Dit kan uitdagend zijn als er sprake is van verregaand conflict of polarisatie.
Begrenzen en leiding nemen Als leraar is het soms nodig om duidelijk te zijn dat grensoverschrijdend gedrag zoals pesten niet wordt getolereerd. Onder geen voorwaarde. Je kunt aan de klas duidelijk maken dat dit niet de manier is waarop ze met elkaar om moeten gaan.
Zelfcorrigerend vermogen aanspreken: leerlingen aan zet! Ervaring met de methodiek Deep Democracy leert dat het vaak nog beter werkt om de klas zelf een besluit te laten nemen. Ze zullen verdergaand gedrag, zoals pesten, dan niet laten ‘omdat het een regel is’, maar vanuit eigen opgedane inzichten. Het gewenste gedrag komt nu meer van binnenuit en leerlingen houden zich beter aan hun eigen voornemens dan dat het ‘opgelegd’ is. Hoe breng je dit nu in de praktijk? Als de leerlingen eenmaal herkennen en erkennen dat pesten niet de manier is om respectvol met elkaar om te gaan, ga je in gesprek over hoe de klas wel met elkaar om wil gaan. Je kunt bijvoorbeeld omgangsregels opstellen vanuit de ideeën uit de groep. Het werkt goed om de leerlingen de omgangregels zelf te laten vormgeven in een moodboard of op een andere creatieve manier, en dit op te hangen in de klas. Deze aanpak zorgt ervoor dat er een dialoog ontstaat, de leerlingen hun eigen leiderschap oppakken en zelf verantwoording nemen over hun gedrag. Een tool die daarbij kan helpen, is het spel Gedragen Gedrag.
Heb je (weer) een goede sfeer in de klas? Blijf dan alert op sabotagegedrag en maak het zo snel mogelijk bespreekbaar zodat je niet opnieuw aan het einde van de lijn belandt.
Dit informatieblad is geschreven in samenwerking met Sandra Bouckaert (www.bouckaert.nu) en Joël Rijnaard (www.meneerdevos.nl).
Dit artikel is gekoppeld aan de volgende thema’s
Wij zijn Stichting School & Veiligheid. Wij ondersteunen scholen bij het bevorderen van een sociaal veilig klimaat. Dit doen wij door:
Meld je net als 13.000 anderen aan voor onze nieuwsbrief en ontvang iedere maand actuele informatie over sociale veiligheid op school.